Hoog vertrek in tijden van benauwdheid – Psalm 9
Preek over: Hoog vertrek in tijden van benauwdheid Psalm 9:10-11: En de HEERE zal een Hoog Vertrek zijn voor de verdrukte, een Hoog Vertrek in tijden van benauwdheid. En die Uw Naam kennen, zullen op U vertrouwen, omdat Gij, HEERE, niet hebt verlaten degenen, die U zoeken. |
Hoog vertrek in tijden van benauwdheid
Bijbelgedeelte Psalm 9 1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op Mûth-Labben. 2 Ik zal den HEERE loven met mijn ganse hart, ik zal al Uw wonderen vertellen. 3 In U zal ik mij verblijden en van vreugde opspringen; ik zal Uw Naam psalmzingen, o Allerhoogste; 4 Omdat mijn vijanden achterwaarts gekeerd, gevallen en vergaan zijn van Uw aangezicht. 5 Want Gij hebt mijn recht en mijn rechtszaak afgedaan; Gij hebt gezeten op den troon, o Rechter der gerechtigheid. 6 Gij hebt de heidenen gescholden, den goddeloze verdaan, hun naam uitgedelgd tot in eeuwigheid en altoos. 7 O vijand, zijn de verwoestingen voleind in eeuwigheid, en hebt gij de steden uitgeroeid? Hunlieder gedachtenis is met hen vergaan. 8 Maar de HEERE zal in eeuwigheid zitten; Hij heeft Zijn troon bereid ten gerichte. 9 En Hij Zelf zal de wereld richten in gerechtigheid, en de volken oordelen in rechtmatigheden. 10 En de HEERE zal een hoog Vertrek zijn voor den verdrukte; een hoog Vertrek in tijden van benauwdheid. 11 En die Uw Naam kennen, zullen op U vertrouwen, omdat Gij, HEERE, niet hebt verlaten degenen die U zoeken. 12 Psalmzingt den HEERE, Die te Sion woont; verkondigt onder de volken Zijn daden. 13 Want Hij zoekt de bloedstortingen, Hij gedenkt derzelve; Hij vergeet het geroep der ellendigen niet. 14 Zijt mij genadig, HEERE, zie mijn ellende aan, van mijn haters mij aangedaan, Gij, Die mij verhoogt uit de poorten des doods; 15 Opdat ik Uw gansen lof in de poorten der dochter Sions vertelle; dat ik mij verheuge in Uw heil. |