David en Bathseba, Nathan de profeet – 2 Samuël 12
Toen zeide Nathan tot David: Gij zijt die man!
Toen zeide David tot Nathan: Ik heb gezondigd tegen den HEERE!
Toen zeide Nathan tot David: Gij zijt die man!
Toen zeide David tot Nathan: Ik heb gezondigd tegen den HEERE!
Toen ging de koning David in, en bleef voor het aangezicht des HEEREN, en hij zeide: Wie ben ik, Heere HEERE, en wat is mijn huis, dat Gij mij tot hiertoe gebracht hebt?