Zijn handen opheffende, zegende Hij hen – Lukas 24
Preek over: Zijn handen opheffende, zegende Hij hen Lukas 24:50-52: En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanië, en Zijn handen opheffende, zegende Hij hen. En het geschiedde, als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde, en werd opgenomen in den hemel. |
Handen opheffende, zegende Hij hen
Bijbelgedeelte Lukas 24: 46 En zeide tot hen: Alzo is er geschreven, en alzo moest de Christus lijden, en van de doden opstaan ten derden dage; 47 En in Zijn Naam gepredikt worden bekering en vergeving der zonden onder alle volken, beginnende van Jeruzalem. 48 En gij zijt getuigen van deze dingen. 49 En zie, Ik zend de belofte Mijns Vaders op u; maar blijft gij in de stad Jeruzalem, totdat gij zult aangedaan zijn met kracht uit de hoogte. 50 En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanië, en Zijn handen opheffende, zegende Hij hen. 51 En het geschiedde als Hij hen zegende, dat Hij van hen scheidde, en werd opgenomen in den hemel. 52 En zij aanbaden Hem, en keerden weder naar Jeruzalem met grote blijdschap. 53 En zij waren allen tijd in den tempel, lovende en dankende God. Amen. |