Het verhaal van de wachters – Mattheüs 28 – Pasen
Preek over: De leugen van de wachters Mattheus 28:11-15: En zij vergaderd zijnde met de ouderlingen en tezamen raad genomen hebbende, gaven zij den krijgsknechten veel geld, en zeiden: Zegt: Zijn discipelen zijn des nachts gekomen en hebben Hem gestolen, als wij sliepen. |
De leugen van de wachters
Bijbelgedeelte Mattheus 28: 8 En haastelijk uitgaande van het graf met vreze en grote blijdschap, liepen zij heen om hetzelve Zijn discipelen te boodschappen. 9 En als zij heengingen om Zijn discipelen te boodschappen, zie, Jezus is haar ontmoet, zeggende: Weest gegroet. En zij tot Hem komende, grepen Zijn voeten en aanbaden Hem. 10 Toen zeide Jezus tot haar: Vreest niet; gaat heen, boodschapt Mijn broederen dat zij heengaan naar Galiléa, en aldaar zullen zij Mij zien. 11 En als zij heengingen, zie, enigen van de wachters kwamen in de stad en boodschapten den overpriesters al de dingen die geschied waren. 12 En zij vergaderd zijnde met de ouderlingen en tezamen raad genomen hebbende, gaven zij den krijgsknechten (cde wachters) veel geld, 13 En zeiden: Zegt: Zijn discipelen zijn des nachts gekomen en hebben Hem gestolen, als wij sliepen. 14 En indien zulks komt gehoord te worden van den stadhouder, wij zullen hem tevredenstellen en maken dat gij zonder zorg zijt. 15 En zij het geld genomen hebbende, deden gelijk zij geleerd waren. En dit woord is verbreid geworden bij de Joden tot op den huidigen dag. 16 En de elf discipelen zijn heengegaan naar Galiléa, naar den berg waar Jezus hen bescheiden had. 17 En als zij Hem zagen, baden zij Hem aan; doch sommigen twijfelden. |