De enige troost
1. Wat is die enige troost?
2. Wat is er nodig voor die enige troost?
Preek Zondag 2: Waaruit kent u uw ellende?
Waaruit kent u uw ellende?
1. De Heere leert het
2. Een kind van de Heere buigt ervoor
Preek Zondag 3: Verder onderzoek
Verder onderzoek
1. Hoe was het?
2. Wat gebeurde er?
3. Hoe is het nu?
Preek Zondag 4: Drie bedenkingen
Drie bedenkingen
1. Doet God niet oneerlijk?
2. Wil God de zonde echt straffen?
3. Is God ook niet barmhartig?
Preek Zondag 5: Van des mensen verlossing
De weg van de verlossing:
1. Naar Gods recht
2. Zonder ons
3. Door de Middelaar
Preek Zondag 6: De Middelaar
De Middelaar
1. Wat Hij is
2. Wie Hij is
3. Waaruit we dat weten
Preek Zondag 7: Het ware geloof
Het ware (echte) zaligmakende geloof
1. Noodzaak van het geloof
2. Definitie van het geloof
3. Inhoud van het geloof
Preek Zondag 8: Drie-eenheid van God
De drie-enige God
1. Het werk van de drie-enige God
2. Het wezen van de drie-enige God
Preek Zondag 9: God de Vader
Het Vaderschap God
1. God de Vader en Zijn Zoon (de eeuwige Vader)
2. God de Vader en Zijn kinderen (de barmhartige Vader)
Preek Zondag 10: De voorzienigheid van God
De voorzienigheid van God
1. Wat weten we van Gods voorzienigheid?
2. Wat is het doel van het weten van Gods voorzienigheid?
Preek Zondag 11: Naam is Jezus, Zaligmaker
De Naam Jezus
1. Betekenis van Zijn Naam
2. Verlossing door Zijn Naam
Preek Zondag 12: Christus en de christen
De zalving tot drie ambten
a. van de Christus
b. van de christen
Preek Zondag 13: Eniggeboren Zoon, onze Heere
Gods eniggeboren Zoon, onze Heere
1. Het Zoon zijn van Christus
2. Het kind zijn van de gelovigen
3. Het knecht zijn van de kinderen
Preek Zondag 14: Geboren uit de maagd Maria
Het mens-worden van de Zoon van God
1. het feit
2. het doel
3. het nut
Preek Zondag 15: Geleden onder Pontius Pilatus
In onze plaats
1. Het lijden
2. Het oordeel
3. Het kruis
Preek Zondag 16: Laatste van de vernedering
Het laatste van Zijn vernedering
1. Het moest
2. Het was echt
3. Het heeft nut
4. Het geeft troost
Preek Zondag 17: Opstanding uit dood
Het nut van de opstanding van Christus.
1. Recht maken (goed maken)
2. Heilig maken (nieuw maken)
3. Zalig maken (heerlijk maken)
Preek Zondag 18: De hemelvaart
De hemelvaart van Christus
1. Het feit
2. Het nut
Preek Zondag 19: Zitten Gods rechterhand en wederkomst
Laatste trappen van de verhoging
1. Reden van die verhoging
2. Nut van die verhoging
3. Troost van die verhoging
Preek Zondag 20: De Heilige Geest
1. Zijn Persoon
2. Zijn gave
3. Zijn troost
Preek Zondag 21: Christelijke Kerk, gemeenschap heiligen
De Kerk, het lichaam van Christus.
1. Wat is dat voor een Kerk?
2. Wie vormen die Kerk?
3. Wat heeft die Kerk ontvangen
Preek Zondag 22: Opstanding en eeuwig leven
Het blijde vooruitzicht
1. De opstandig van het lichaam
2. Het eeuwige leven
Preek Zondag 23: Rechtvaardiging door geloof
Rechtvaardiging door het geloof
1. Wat heb je eraan?
2. Hoe kan dat?
3. Waarom alleen zo?
Preek Zondag 24: Goede werken
Goede werken
1. Hun tekort
2. Hun loon
3. Hun bron
Preek Zondag 25: Genademiddelen
Het geloof en de genademiddelen
1. De oorsprong van het geloof
2. De versterking van het geloof
3. De bron van de zaligheid