Koning ronde tafel, mijn nardus · Hooglied 1 · avondmaal
Terwijl de Koning aan Zijn ronde tafel is, geeft mijn nardus zijn reuk.
Terwijl de Koning aan Zijn ronde tafel is, geeft mijn nardus zijn reuk.
En als Hij gedankt had, brak Hij het, en zeide: Neemt, eet, dat is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis.
De HEERE is mijn Herder, mij zal niets ontbreken. Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij zachtjes aan zeer stille wateren.
ELI, ELI, LAMA SABACHTHANI ! dat is: Mijn God ! Mijn God ! Waarom hebt Gij Mij verlaten!
Neemt, eet, dat is Mijn lichaam. En Hij nam den drinkbeker, en gedankt hebbende, gaf hun dien, zeggende: Drinkt allen daaruit; want dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments, hetwelk voor velen vergoten wordt, tot vergeving der zonden.
De Geest des Heeren HEEREN is op Mij, omdat de Heere Mij gezalfd heeft, om een blijde boodschap te brengen den zachtmoedigen.
En na de aardbeving een vuur; de HEERE was ook in het vuur niet; en na het vuur het suizen van een zachte stilte.
En het voorhangsel des tempels scheurde midden door.
En Ik zal de blinden leiden door de weg, die zij niet geweten hebben.
Want zovelen als er door den Geest Gods geleid worden, die zijn kinderen Gods.
Wie is een God gelijk Gij, Die de ongerechtigheid vergeeft, en de overtreding van het overblijfsel Zijner erfenis voorbij gaat? Hij houdt Zijn toorn niet in eeuwigheid; want Hij heeft lust aan goedertierenheid.
Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.
O HEERE ! ik hoop op Uw heil, en doe Uw geboden.
als een lam werd Hij ter slachting geleid, en als een schaap, dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders, alzo deed Hij Zijn mond niet open.